
De training Communicatie in en rond de school zet in op (meer) bewustwording van het eigen communicatieve gedrag en de voorkeuren, patronen, sterktes en valkuilen daarin. Denk aan: hoe bereik je meer zelfsturendheid bij leerlingen die zich afhankelijk opstellen? Hoe ga je om met dat ene kind dat bijna automatisch allergische reacties bij je oproept? Hoe kom je tot een constructief gesprek met ouders wanneer je vastgelopen bent in uiteenlopende visies op de ontwikkeling van hun kind? Hoe breng je ouders slecht nieuws over de mogelijkheden of het perspectief van hun kind? Hoe bereik je overeenstemming in een MDO wanneer de ideeën sterk uiteen lopen? Hoe geef je respectvol grenzen aan?
Manier van communiceren is belangrijk
In het onderwijs komt de effectiviteit van veel activiteiten aan op de wijze waarop deze gecommuniceerd worden. Vaak is de basiscommunicatie in de school in orde, maar er valt er nog winst te behalen wanneer leerkrachten en ondersteuners zich (meer) bewust worden van hun eigen communicatieve gedrag. Wanneer je je eigen communicatieve gedrag leert observeren en dat koppelt aan theorie, ontstaat er ruimte voor het uitbreiden van je eigen handelingsrepertoire. Actieve reflectie op je eigen communicatie geeft nieuwe invalshoeken. Op basis hiervan kun je experimenteren met ‘nieuw’ gedrag.
Communicatie is interactie
Communicatie draait om interactie. De reflectie beperkt zich daarom niet alleen tot je eigen patronen, maar ook op de (groepsdynamische) patronen van anderen. In het uitproberen van ‘nieuw’ gedrag is het wenselijk om een aantal communicatieve basisvaardigheden paraat te hebben. Het gaat om vaardigheden die we over het algemeen denken te beheersen, maar waar gerichte herhaling en oefening toch weer nieuwe aanknopingspunten geeft om ècht met elkaar in gesprek te gaan en andere wegen te verkennen dan we gewend zijn.
Werkwijze Communicatie in en rond de school
De training Communicatie in en rond de school zet in op (meer) bewust wording van het eigen communicatieve gedrag en de voorkeuren, patronen, sterktes en valkuilen daarin. En bestaat uit 4 dagdelen die over een periode van een half jaar zijn gepland. In de tussenliggende periode wordt van de deelnemers gevraagd om met nieuw gedrag te experimenteren.
Accreditatie bij het SKJ wordt aangevraagd.