KIJK! in de BSO (4 – 12 jarigen) is een waardevol (digitaal) hulpmiddel om de pedagogische kwaliteit te verhogen, kinderen beter te begeleiden en samen met ouders en professionals te bouwen aan een stimulerende ontwikkelomgeving.
Werken met KIJK! in de BSO betekent:
- Gerichte begeleiding van kinderen
KIJK! biedt inzicht in het welbevinden en de ontwikkeling en behoeften van kinderen op sociaal-emotioneel vlak. Hierdoor kunnen pedagogisch medewerkers hun begeleiding beter afstemmen op zowel het individuele kind als op de groep als geheel.
- Professionalisering van het team
Het gebruik van KIJK! in de BSO stimuleert reflectie en samenwerking binnen het team. Het helpt pedagogisch medewerkers om bewuster te kijken naar gedrag en ontwikkeling van kinderen en hierover in gesprek te gaan.
- Betere communicatie met ouders
Door de structurele observaties kunnen medewerkers ouders gerichter en concreter informeren over het welbevinden van hun kind hoe hun kind zich ontwikkelt (sociaal-emotioneel) tijdens de opvang.
- Verantwoording en kwaliteit
KIJK! ondersteunt bij het aantonen van de BSO kwaliteit richting de GGD, gemeente en andere stakeholders. Het past binnen een cyclisch kwaliteitsbeleid en kan deel uitmaken van de verantwoording richting toezichthouders.
- Preventieve signalering
Door vroegtijdige signalering van ontwikkelingsbehoeften of -problemen kunnen tijdig passende interventies worden ingezet of kunnen ouders worden doorverwezen.
Praktijkvoorbeeld op de BSO:
Roan is 8 jaar en komt drie dagdelen per week naar de BSO. De pedagogisch medewerker merkt op dat Roan vaak alleen speelt en weinig contact zoekt met andere kinderen in de groep. Met behulp van KIJK! in de BSO observeert ze Roan gericht gedurende enkele weken.
Observatie via KIJK!:
Roan kan zich prima concentreren en is creatief als hij speelt met bouw- en constructiematerialen. Hij bepaalt zelf wát hij maakt en hoe hij dat doet. Hij zoekt uit zichzelf geen contact met andere kinderen en wanneer iemand wilt helpen, wijst hij dat af. Zelf geeft hij aan (in de Kindlijst) dat hij ‘graag met andere kinderen speelt’.
Reflectie en actie:
De medewerker bespreekt de observaties met enkele collega’s. De vraag is of Roan het contact afwijst omdat hij z’n spelplan zelf wilt uitvoeren en de mogelijkheid inschat dat hij dit onder invloed van de ‘hulp’ misschien wel moet doen. Ze besluiten om Roan te stimuleren eerst iemand te kiezen met wie hij daarna samen bepaalt met welke activiteit ze aan de slag gaan en hoe ze dat gaan doen. In de reflectie met Roan willen ze aandacht hebben voor de verrijking van het samen uitvoeren van een activiteit.
Resultaat:
In de eerste week kiest Roan nog vaak eenzelfde groepsgenootje. Na enkele weken laat Roan meer initiatief zien en kiest ook anderen om mee te spelen. De KIJK! observaties worden ook gedeeld met zijn ouders, die blij zijn met de gerichte aanpak en Roan thuis verder stimuleren om ook met andere kinderen te spelen.
Lees hier verder over KIJK! in de BSO en ontdek welke trainingen en boeken wij hiervoor aanbieden:
Sluit op 12 juni 2025 geheel kosteloos aan bij de webinar over KIJK! in de BSO.